En de Tall Ships
Sail Den Helder was een super evenement op een prachtige lokatie waarin veel georganiseerd werd voor ons
Hier werden we voor een artikel in de "Bokkepoot" geïnterviewd
En er werd ons gevraagd om een verslag van de aanbrengtocht te schrijven voor een tijdschrift.
Hieronder het artikel.
Aanbrengtocht
Veere - Sail Den Helder 14 t/m 21 juni
Over bijzondere vaarwegen, mooie mensen, vele bruggen
en enthousiaste toeschouwers.
Voor ons was de
aanbrengtocht naar Sail Den Helder een mooie reden om eens kennis te maken met
de Zeeuwse wateren. Begin mei vertrokken wij met onze Waalschokker Jacoba
vanuit Deventer met gestreken mast via de rivieren richting Zeeland. Ruim de
tijd dus om heerlijk rond te zeilen in Zeeland en om uiteindelijk in Veere aan
te komen voor de start van de aanbrengtocht.
Nadat we eerst een paar dagen op een mooie plek aan de
buitensteiger in Veere hadden gelegen zijn we op dinsdag 13 mei naar de haven
van Oude Watering gevaren. Dit is de thuishaven van de Citius van Cees en Anita
van Dongen. De Citius van onze vlootcommandant lag al voor de kade dus daar
konden we onze Jacoba mooi aan vast knopen. Niet heel veel later arriveerde ook
de Tjalk Suez van Gerard en Sjet. Met deze 3 schepen beginnen we de
aanbrengtocht die uiteindelijk aan moet groeien om met ca 40 schepen Den Helder
binnen te varen.
Omdat de tocht natuurlijk ook bedoeld is om het varend
erfgoed onder de aandacht te brengen van het publiek en bestuur werden de FVEN
vlaggen gehesen en banners met de tekst “de grootste collectie varend erfgoed
ter wereld” aangebracht.
De start van de aanbrengtocht kreeg met de komst van de
voorzitter van de LVBHB Rolf van de Mark ook nog “officieel” tintje. De eerste
tassen van de aanbrengtocht werden door Cees uitgereikt en met een heus
fotomoment werd de ceremonie vastgelegd. Martin de Boer kon de eerste foto’s
plaatsen op de site!
Nog even de mogelijkheid benutten om drinkwater te bunkeren
en de schepen klaarmaken voor vertrek om 09.00uur de volgende dag.
Voor de tocht naar Den Helder gingen we de Staande Mast
route varen. Voor ons noodzakelijk want we kunnen de mast wel strijken maar dat
kost wel even wat tijd en het vaart ook prettiger met staande mast. De
bemanning van de Suez had er voor gekozen om met gestreken mast de route te
varen. Dus wij waren daarmee het enige schip met staande mast.
De keuze om de mast te laten staan betekende voor de eerste
etappe naar Tholen dat we een andere route moesten varen omdat we niet onder de
bruggen van het Schelde – Rijnkanaal door konden.
De havenmeester was zo vriendelijk het vertrek vast te
leggen. De eerste foto’s konden nu op de site.
Nog maar nauwelijks onderweg op het Veersemeer richting de Zandkreeksluis
of de Citius stoof ons al met rustig stampende motor voorbij en verdween steeds
verder aan de horizon. De Suez en de Jacoba hadden een wat rustiger tempo en
arriveerden gelijk bij de Zandkreeksluis. Daar waren we vlot doorheen en
eenmaal de Katseplaat voorbij ging de Suez stuurboord uit richting Tholen en wij
bakboord uit richting de Krammersluis en Volkerak vanwege de staande mast. Uitgerekend
deze dag was de wind naar oost gedraaid dus zeilen zat er voor ons jammer
genoeg niet in!
Maar met een heerlijk zonnetje en een rustig lopende DAF 575
helemaal niet verkeerd om over Oosterschelde, Mastgat en Zijpe te varen en voor
de Krammersluis uit te komen.
Met een vriendelijk verzoek over de marifoon om geschut te
worden van Zijpe naar Volkerak (waarop de vrolijke sluismeester zei: “daar zijn
we hier voor”) konden we ook al weer vrij snel het Volkerak opvaren. Hoewel
snel…in de Krammer lig je wel even vanwege het zoet / zout scheiding systeem.
En met een temperatuur van boven de 30 graden is dat nog wel even afzien.
Op de heenweg hadden we de plek al gespot en nu dachten we
dat de Galathese haven wel een mooie overnachtingsplek voor ons kon zijn. Dat
bleek ook het geval. Kennelijk is de plek onder de passanten niet erg populair
want de haven was helemaal leeg. Maar wanneer je niet dieper steekt dan 1.70 en
geen eisen stelt aan de kwaliteit van de voorzieningen heb je hier een pracht
plek.
De volgende dag het Volkerak weer op en al snel lagen we
voor de jachtensluis. Even afmeren aan de wachtsteiger. De eigenaar van een
motorbootje keek met een bezorgde blik onze kant uit en dan de blik vooral
gericht op de mast. Wisten we wel zeker dat we onder de vaste brug door konden?
Dat wisten we inmiddels zeker aangezien we de heenweg hier ook al onderdoor
gekomen waren. De bezitter van de motorboor leek totaal niet overtuigd.
Maar eerlijk is eerlijk, hoewel we nog 1.40 over hadden
(hoogte brug 18.40 volgens de matrixborden) kijk je toch altijd even gespannen
naar boven bij de passage.
Onder een iets dreigende lucht en met een aanwakkerende wind
het Volkerak verder overgevaren en de Noord op. Op deze wateren is het zaak om
het attentie niveau nog wat verder op te schroeven vanwege de drukke
beroepsvaart en knooppunten. Op de Noord kregen we Citius al weer in het
vizier. Even later voeren ze ons voorbij maar veel tijd om tijdens het passeren
nog wat met elkaar te delen was er niet. Daarvoor was het verschil in knopen te
groot.
De spoorbrug bij Dordrecht draait maar om de 2 uur dus
meerden we af aan de wachtsteiger in het Mallegat. Keurig op tijd draaide de
brug voor ons en konden we op zoek naar de ingang van de Wolwevershaven.
Aankomen in Dordrecht over het water geeft een prachtig beeld op de oudste stad
van Nederland. In de museumhaven konden we met z’n allen afmeren voor de nacht.
Bij het binnenlopen zagen we al verschillen sleepboten liggen. Vanaf nu waren
we niet meer met z’n drieën maar kon het “zwaan kleef aan” effect beginnen!
Niet veel later meerde de Suez naast ons af.
De toegangsbrug naar de Wolververshaven was defect en stond
permanent open. Voor ons kwam dat mooi uit want nu konden we de volgende dag om
07.45 door de brug bij Alblasserdam. Dit was anders niet gelukt omdat de
bruggen in Dorth pas vanaf 09.00 uur worden bediend en we hadden moeten wachten
tot de opening van 10.15 uur. Dus vroeg uit de veren, en daarmee ook de
bemanning van de Suez gemotiveerd om vroeg te vertrekken.
Via de druk bevaren Noord en Nieuwe Merwede draaien we het
rustiger vaarwater van de Hollandse IJssel op richting Gouda. Best boeiend z’n
tocht tot vlak voor Rotterdam waar het kloppend hart van de Nederlandse
economie zichtbaar en voelbaar is.
De keuze van de ligplaats in Gouda wordt mede bepaald door
de openingstijden van de spoorbrug aldaar. We kiezen op aanwijzing van de
sluismeester een plek aan de loskade vlak voor de spoorhefbrug van Gouda. De
loswal oogde niet als een wal die veel gebruikt werd. Maar prompt komt er niet
veel later een zandschip aan die toch wel graag aan de loswal wil liggen. Dus
de Jacoba verhalen om plaats te maken. Gelukkig waren we aan boord!
In Gouda vielen met de neus in de boter want in dit weekend
waren er ook de havendagen Gouda. Dit was natuurlijk bekend bij de organisatie
van de aanbrengtocht dus de museumhaven lag voor een avond en nacht bomvol
prachtige varend erfgoed schepen.
Deelnemen aan z’n aanbrengtocht geeft je altijd overal een
zeer welkom gevoel. Zo ook in Gouda waar we hartelijk worden ontvangen door de
museumhaven en de burgermeester aanwezig is om natuurlijk de stad te promoten
maar zeer zeker ook de schippers van het varend erfgoed een warm welkom heten.
De uitnodiging om aan te schuiven bij een gezamenlijke maaltijd bij het
voormalig schippers wachthuis nemen we van harte aan. Tijdens de heerlijke
maaltijd was het gezelligheid troef en een mooie gelegenheid om bij te praten
met de mede schippers van het varend erfgoed.
Met een klein konvooi passeerden we de volgende dag om 8.30
uur de spoorhef. Dat konvooi blijft dan ongeveer de hele dag bij elkaar en met
een rustig gangetje varen we langs Waddinxveen en Boskoop de Gouwe over. De
bijzondere hefbruggen worden soepel bediend en al gauw varen we Alphen aan de
Rijn binnen. Voor ons heel bijzonder om over het smalle vaarwater door Alphen
aan de Rijn te varen. Maar de mensen op de kant vinden het allemaal even
prachtig en zwaaien ons enthousiast toe.
De afspraak was om voor Woubrugge de hele vloot opnieuw te
formeren voor een vlootparade in Woubrugge. Omdat we al vroeg door de spoorbrug
in Goude waren meerden we als eerste af langszij scoutingschip “Zuid-Holland”.
Nu is het bij ons aan boord de gewoonte dat Marjon bij manoeuvres de stuurvrouw
is. Dat levert vaker omhoog stekende duimen op maar de kleine mannekes van de
scouting spraken ook hun verbazing (en waarschijnlijk ook bewondering) uit over
het feit dat er een vrouw aan het roer stond.
Na het sein van onze vlootcommandant Cees op VHF15 maakte we
los van de kant om in kiellinie door de brug in Woubrugge te varen. Er waren drommen mensen op af gekomen die ons
erg enthousiast en onder luid applaus binnenhaalde. Een fantastische promotie
voor het varend erfgoed! Bij het passeren van de Citius gaven we als groet 1
lange hoornstoot. In een lang lint van varend erfgoed ging het verder over het
Brassemermeer naar Oude Wetering. De ligplekken voor onze schepen waren
duidelijk aangegeven en er was meer dan voldoende ruimte om allemaal mooi
achter elkaar te liggen. Voor het publiek weer een fraai schouwspel. En omdat
het prachtig weer was en iedereen aan dek zat levert dit al gauw heel veel
leuke gesprekken op met belangstellenden aan de wal die het allemaal maar wat
bijzonder vinden. Ook in Oude Wetering worden we weer verwend met een ontvangst
in kerkgebouw “de Spreng”. Op de kade
werden we toegezongen door het Shantykoor “De ringvaartzangers” uit
Weteringbrug.
Burgemeester Maria van der Velde-Mentink sprak ons toe en
was vol lof over het initiatief van de aanbrengtocht en daarbij haar gemeente
aan te doen.
Onder het genot van een hapje en een drankje konden we eens
kennismaken met de bemanningen van de schepen die zich vanaf Gouda bij de vloot
hadden gevoegd. Inmiddels had de vloot al een behoorlijke omvang gekregen.
De volgende etappeplaats is Haarlem. Na ca. 6 km varen over
de Ringvaart van de Haarlemmermeer betekende dat voor ons afmeren aan de
wachtsteiger voor de verkeersbrug van de A44. De eerstvolgende bediening
richting het noorden was om 13.32 uur. Dus de klapstoeltjes uit en lekker
genieten van het mooie weer en het passeren van de rest van onze vloot. Na het
passeren van de brug weer in konvooi verder. Het was zondag en heel mooi weer
dus alles wat dreef was zo’n beetje op het water. Dus dat betekent goed
opletten. Vooral op het Buiten Spaarne en in Haarlem was het bijzonder druk.
Vanwege een defect aan de Hilligomsebrug merkten we al aan het marifoonverkeer
dat de hele vloot weer bij elkaar lag. Dat bleek even later ook toen de hele
vloot lag te wachten voor de Buitenrustbrug in Haarlem. Door een defect aan de
Prinsenbrug liep de doorvaart door Haarlem vertraging op. Maar de mensen van de
havendienst hadden de zaak perfect onder controle en loodsten ons even later op
een geweldige manier door Haarlem heen naar onze ligplaatsen aan de Drostekade.
Voor de mensen van de havendienst Haarlem (die nog gewoon de duidelijke titel scheepvaartmeester
1e klas hebben!) wil ik veel waardering uitspreken. De service ging
zelfs zover dat ze ’s avonds nog even aan boord kwamen om te informeren of het
allemaal goed was gegaan en alles naar wens was! Na Haarlem te hebben verkend
en heerlijk te hebben gegeten bij Spaarne66 onder de klamme lappen gekropen om
uitgerust aan de volgende etappe te kunnen beginnen.
Wormerveer was de volgende bestemming. Tot en met de
schutsluis in het Spaarne waren we nog bij de vloot. Maar nog steeds hadden
zich geen nieuwe masten bij de vloot gevoegd dus lagen we rustig in ons eentje
te dobberen voor de brug van de A9. Die passage ging prima maar de brug in
Buitenhuizen was in storing dus daar hebben we een tijdje voor gelegen. Die
positie was niet heel erg prettig want om de paar minuten komen daar heel laag
opstijgen vliegtuigen over en dat is is een behoorlijke kwelling voor je
trommelvliezen. Toch ligt daar ook gewoon een jachthaven!
In de Zaan nog 9 bruggen en 1 sluis maar dan kom je wel
ergens. Op de Zaan voeren we op met een Waarschip (scherp jachtje). Maar even
buiten de sluis liet de motor van dit scheepje het afweten. Hij vroeg ons om
een sleep. Dit hebben we natuurlijk gedaan en hem keurig afgeleverd bij een
jachthaven in de Poel. En dan te bedenken, dat wij de in konvooi voeren met voornamelijk
sleepboten en dat dus uitgerekend het zeilschip Jacoba deze sleepdienst heeft
verleend!! Terug op de wal werd ons broodnijd verweten…
Heel bijzonder om deze wereld eens vanaf het water te
aanschouwen. Vooral natuurlijk de Zaanse schans waar ook Japan en China ruim
aanwezig waren.
In Wormerveer hadden we ook weer een prima ligplaats. Na
aankomst werden we bij “bakkie leut” getrakteerd op koffie met gebak. Wat
worden we toch verwend!
Later op de avond ging het bij schipperscafe “Knapzak”
helemaal muzikaal los met het “achterdekensemble”. De lokale geschiedenis in prachtige en
makkelijk mee te zingen liederen op rijm gezet.
Nog twee etappes te gaan. De laatste aanlegplaats voor Den
Helder is Alkmaar. De Jacoba had een ligplaats toegewezen gekregen aan de kade
van Luttik Oudorp.
Het advies was om hier achteruit in te varen want keren zou
praktisch onmogelijk zijn. Toch lukte het ons om de Jacoba van ruim 15 meter te
keren in een gracht van 18 meter!
Met al onze schepen vormen we een lang lint van varend
erfgoed langs de kades in Alkmaar.
Een bijzondere presentatie van schepen in een de fraaie
entourage van de stad Alkmaar. TV Noord Holland is aanwezig om filmopnames te
maken en het Noord Hollands dagblad schrijf een mooi artikel over onze
aanwezigheid in Alkmaar.
Ook in Alkmaar ontbreekt het ons niet aan aandacht voor de
inwendige mens. Aan boord van het scoutingschip de “Bulgia” aan het Voormeer hebben
we met elkaar van een overheerlijke Oosters buffet genoten.
Nu moeten we ons nog even met de hele vloot door Alkmaar
heen persen en dan via het Noordhollands Kanaal op naar Sail Den Helder!!
Eerst nog met alle 40 schepen bij elkaar maar door een
brugsluiting maken wij uiteindelijk, met een 8-tal schepen waaronder de Piet
Hein, deel uit van het achterste deel van de vloot.
Wij varen voorop en houden keurig de voorgeschreven 9km/uur
aan en roepen de bruggen aan voor een opening. Dat ging vlot totdat de
communicatie via de marifoon door een storing niet meer ging en er oponthoud
bij de bruggen ontstond. Maar meestal kregen we, na niet te lang wachten, een
opening.
In de loop van de middag liepen we Den Helder binnen. We
konden vlot afmeren op de ons toegewezen plek pal voor de helling van de
museumhaven naast de Tres Hombres.
We zijn erg onder de indruk van de geweldige locatie en
entourage van de voormalige Marinewerf “Willemsoord” waar nu ook de museumhaven
is.
We kijken terug een een geweldige aanbrengtocht die perfect
was geregeld door Cees en Anita van Dongen en Martin de Boer als
walcoördinator. Met ons schip hebben we vooral
reizen op ruim water gemaakt maar we hebben met deze reis er weer een
geweldige nieuwe ervaring bij.
Het feest wat Sail Den Helder heet kan beginnen!!!!
Vanuit Den Helder hebben we de omgeving verkend.
O.a naar Huisduinen met de hoogste vuurtoren van Europa "de Lange Jaap".
Onze eerste ligplaats in het NH kanaal wordt "t Zand.
Van hieruit naar het voormalige eiland Wieringen gefietst. Hier om het Amstelmeer met zicht op Westerland (Wieringen)
Een prachtige, afwisselende wandeling gemaakt rondom het Zwanenwater.
Een gebied met heel verschillende ecosystemen.
Vanuit Schagen naar Burgervlotbrug gevaren.
Van daaruit o.a. naar "de Kerf" in Schoorl door de duinen en bossen gefietst.
Bergen aam Zee en Bergen Binnen is ook heerlijk om aan te doen. Hier de ruïne kerk. |